donderdag 22 april 2010

Zwarte asielzoeker

Het is bijna ongelooflijk wat er in mijn tuin allemaal gebeurt. Schreef ik gisteren nog over het flirterige fluitertje dat zichzelf met alle geweld toegang tot mijn woning wilde verschaffen, vandaag heb ik te stellen met een zwart asielzoekertje!
Thuisgekomen van een doktersbezoekje herinnerde ik mij de belofte van gisteren, om nu toch mijn column over mijn lievelingskleur af te maken. Ik ging er eens lekker makkelijk voor zitten en installeerde me met een kopje koffie op mijn chaise longue ('oooohhhh, die Sijs Londen' zoals de verkoper me destijds verbeterde).
De laptop was nog niet goed en wel opgestart of ik werd gestoord door een raar getik. Niet een regelmatig getik maar meer een hortend en stotend, soms wat schraperig klinkend gerommel. Ik zocht met mijn ogen direct naar Faffien, maar die lag prinsesjesheerlijk te slapen in 'haar' fauteuil.
Het geluid stopte dus ik richtte mijn aandacht weer op mijn laptop. Hé...daar was het weer. Het leek wel of het van buiten kwam. Nu heb ik een sinds drie jaar aan zijn verbouwing werkende buurman, dus ik hield mezelf voor dat hij het was.
Eerlijk gezegd...dat was geen logische verklaring. Daar klonk het geluid toch te bescheiden voor. Daar was het weer...! Nee, het klonk ook veel te dichtbij om van het belendende perceel te komen. Wacht eens...het zonnescherm! Ik had het immers net open gedaan, zou ik het niet goed gedaan hebben. Met een druk op de knop haalde ik het in en liet ik het weer zakken. Niets bijzonders te zien. Het geluid ging door.
Nu begon het me echt te irriteren dus liep ik naar buiten, het terras op. Het eerste dat mij opviel dat er heel veel rommel op de tegels lag. Dat was vreemd, want gisteren had ik de boel keurig aangeveegd...Een blik omhoog...en ja hoor!
In de goot van mijn verandadak zat een merel op haar dooie akkertje een nestje te bouwen. Zoals het een goed huisvrouw betaamt moest eerst de oude rommel wijken, hup, naar beneden met de bruine blaadjes! Haar echtgenoot vliegt inmiddels af en aan met nieuwe 'rommel'. Takjes, pluisjes en hondenharen vinden hun weg naar mijn bescheiden dakgoot. En opnieuw heeft Emilie gewetensproblemen.
Nee, een nestje in je dakgoot is niet handig! Wel voor de merels, schat ik in. Faffien en de andere buurtkatten komen er niet bij (ik heb ze er tenminste nog nooit gezien) en ze hebben een mooi uitzicht vanuit de nieuwe woning.
Goede raad is dus (alweer) duur. Of het merelechtpaar inmiddels al kennis gemaakt heeft met het flirterige fluitertje weet ik niet. Ik zal mijn gevederde vriendjes in de gaten houden. Die andere column staat er dus gekleurd op; ik denk niet dat hij vandaag nog komt!

woensdag 21 april 2010

Flirterig fluitertje

Jazeker, ik heb een aanbidder. Hij is niet groot, meer een aanbiddertje dus, en hij fluit er vrolijk op los. Geen wonder, het is immers voorjaar. Of ik er last van heb om nagefloten te worden? Ja. Graag zou ik het als een complimentje willen zien, maar elke keer als mijn fluitertje dichterbij komt, houd ik mijn hart vast.
Het flirterige fluitertje is namelijk een winterkoninkje. Eentje zonder ingebouwde agenda en wat erger is, ook zonder ingebouwde sensoren. Wat doet'ie namelijk? Hij vliegt tegen de schuifpui. En niet één keer, niet twéé keer, nee hij doet het aan de lopende band. Niet alleen vandaag overigens, hij is al een paar dagen bezig. Steeds dezelfde.
Vandaag was ik druk bezig met een column (eindelijk), maar het winterkoninkje was het er niet mee eens. Zelfs als ik de vitrage, die ik normaal alleen 's winters dicht laat, weer dicht schuif, laat het vogeltje zich niet van zijn stuk brengen.
Het is blijkbaar niet zo dat hij (of zou het misschien een zij zijn) niet ziet dat er een raam tussen hem en mij in zit. Ik snap er niets van. Als ik dit verhaal aan het door mij in Italië bezochte medium Mirella Pizzuoli zou vertellen, weet ik al wat de reactie zou zijn. Maar nee, ik ben nog niet zó gek dat ik denk dat mijn man als winterkoninkje terug is gekomen. Trouwens, als hij zich al in een vogeltje zou reincarneren zou het als groenling of puttertje zijn.
Het is lang licht, dus ook 's avonds tegen acht uur is het vogeltje nog niet naar bed. Terwijl ik zit te schrijven, flirt het vogeltje maar door. Dom is hij niet, want hij houdt aldoor net op tijd genoeg in om zich niet tegen de ruiten te bezeren. Toch wilde ik wel dat hij er mee ophield. Maar wegjagen? Een groot mens dat zo'n klein vogeltje staat te verjagen, roept toch rare gedachten in mij op. Dus neem ik hem maar voor lief. En dat is waarschijnlijk precies wat hij wil!
De column (over mijn lievelingskleur) maak ik morgen wel af!

dinsdag 13 april 2010

Grote Schoonmaak

Zou er nog iemand zijn die het doet? Ja, schoonmaken, dat doen we allemaal op zijn tijd. Dat neem ik tenminste maar aan. Hoewel ik natuurlijk ook wel weet dat er mensen zijn die verkommeren in een totaal onopgeruimd en vervuild huis. Het schijnt een bron van vermaak te zijn, ik heb de afgelopen jaren vaak televisieprogramma's gezien waarin mensen die in zo'n uitzichtloze situatie verkeerden, werden gevolgd. En werden geholpen, dat moet ik er wel eerlijk bij vertellen.
Wat ik met 'schoonmaak' bedoel, is eigenlijk De Grote Schoonmaak, ook wel de voorjaarsschoonmaak genoemd. Ik hoor er nooit meer iemand over, ik vraag me dus werkelijk af of er nog 'aan gedaan' wordt. Ik herinner mij hoe spannend ik het vond als bij ons thuis vroeger de grote schoonmaak plaats vond.
Mijn moeder speelde daar overigens geen rol van betekenis bij. Zij had vijftig jaar geleden al een fulltime baan, heel geëmancipeerd dus, al voordat het woord goed en wel uitgevonden was. Kinderopvang bestond nog niet, dus voor ons kwam 'tante Gerda' elke dag. Tante Gerda was een mevrouw van Duitse komaf die (lang voor de oorlog) in Nederland 'in betrekking' was gekomen en vervolgens met de plaatselijke poulier trouwde. Tante Gerda was er altijd als wij uit school kwamen om twaalf uur en ook 's middags om vier uur was ze er. Wat ze in de tussenliggende uren deed, weet ik eigenlijk niet.
Voor het huishouden kwam er een andere mevrouw, die op haar beurt weer geholpen werd door Nellie. Nellie kwam alleen als er ècht werk aan de winkel was, zoals tijdens de Grote Schoonmaak.
Die schoonmaak duurde een week en alles, maar dan ook alles in huis kwam van zijn plaats. Dan kwam je thuis uit school en dan stond het hele eetkamerameublement in de tuin. Dat was geen kleinigheid, want mijn ouders hielden van groot en zwaar...Toen ze later verhuisden waren er vier mannen nodig om alleen het dressoir naar buiten te tillen. Maar de dames, onder aanvoering van de stoere tante Gerda, flikten het met zijn drietjes. Ik mijn herinnering was het altijd mooi weer, want we kregen onze middagboterham gewoon aan tafel...maar dan in de tuin. Een belevenis.
De dekens hingen over de waslijnen en werden met mattenkloppers bewerkt en alle gordijnen gingen er af. Dat was op zich al een heel werk, ze waren van zware velours en hingen voor alle ramen van het vooroorlogs hoge plafond, tot op de grond. Maar tijdens de schoonmaak hingen ze over speciale houten frames en voor mijn broertje en mij waren het tenten geworden. Alles mocht van tante Gerda en haar team dus ook de kinderen uit de buurt kwamen 's middags thee drinken onder de gordijntenten.
Zou er nog iemand zijn die jaarlijks een Grote Schoonmaak houdt? Ik in elk geval niet. Al moet ik eerlijk zeggen dat ik zo af en toe een beetje de kriebels krijg. Wan nu het zonnetje weer zo fris en fruitig naar binnen schijnt, is elk miniscuul stofje ineens uitermate zichtbaar. En zodra de schuifpui open gaat en die prikkelende lentelucht naar binnen komt, krijg ik ernstige aandrang om het ritueel van tante Gerda in praktijk te brengen. Maar het zou hetzelfde niet zijn.
Velours gordijnen heb ik niet...die van mij kunnen zó de wasmachine in, net als de vitrage. En meubels die zo zwaar zijn dat ze maar één keer per jaar van hun plaats kunnen komen, heb ik ook al niet. En dan...drie dames die zich met mijn huishouding bezig houden? Onbegonnen werk dus, die grote schoonmaak is niet meer van deze tijd, besluit ik resoluut.
En dan ineens schiet me te binnen wat ik eigenlijk zo mis. De geur van boenwas, groene zeep en spiritus! Dat is gauw geregeld.
Vanmorgen heb ik de grote schoonmaak even gedaan. Na het stofzuigen heb ik hier en daar een doekje bijenwas neergelegd, heb wat Pledge in het rond gespoten en de fles spiritus even open laten staan. Eigenlijk zo gebeurd....die voorjaarsschoonmaak.

woensdag 7 april 2010

Trots op de Kerk

Het past niet bij me. Ik kan proberen wat ik wil, maar uiteindelijk kan ik toch mijn mond niet houden! Dus laat ik niet langer een moordkuil van mijn hart maken en me uitspreken over datgene wat al zolang zoveel gemoederen bezig houdt. Wie mij kent, al is het alleen maar door het lezen van mijn weblog, weet dat ik Rooms Katholiek ben. Niet zomaar, omdat ik toevallig in die kring geboren en opgevoed ben, maar uit vrije keuze, niet zo lang geleden. Ik heb de afgelopen weken al heel vaak moeten uitleggen of ik me daar nog wel prettig bij voel. Of ik me niet schaam...hoe ik me in vredesnaam nog thuis kan voelen in zo'n kerk.
De enige die het niet gevraagd heeft, is iemand die mij zeer lief is. Het is een familielid en zij (ja, een vrouw) is zelf een van de slachtoffers van een pater. Natuurlijk ga ik in dit blog niet verder op het geval in, het enige dat ik erover kwijt wil, is het feit dat deze vrouw als jong meisje, door een leraar is misbruikt. Een leraar die toevallig óók pater was. Zijn misdaad tegen haar heeft echter niets te maken met het breken van zijn religieuze geloften. Daarvoor zal hij ergens anders moeten boeten. Voor het misdrijf haar aangedaan zal hij zich (nogmaals) moeten verontschuldigen en is wellicht een schadevergoeding op zijn plaats, maar daarover gaan wij niet. Het is een zaak tussen slachtoffer en dader.
Dat het een schande is dat de dienaren van de Kerk zich op grote schaal hebben misdragen en hun opdrachten en geloften met voeten hebben getreden, behoeft geen betoog. Degenen die hierover verantwoording af moeten leggen, zijn de daders voor zover nog in leven, hun leidinggevenden en misschien de collega's van de gevallen ambtsdragers. Dit geldt ook voor de wijze waarop de Kerk is omgegaan met de gevallen die hen bekend waren. Het stilzwijgen en de doofpotten...verwerpelijk, ook hierover zullen de gezagsdragers zich diep moeten schamen. En dat doen ze ook, voorzover ik dat kan nagaan. Terecht.
Al wekenlang wordt er ook in mijn kerk elke mis opnieuw, schuld beleden door de pastoor. In de voorbeden vraagt hij vergeving voor de zonden door zijn collega's bedreven, vraagt hij rechtvaardigheid voor de slachtoffers en wijsheid voor degenen die zich zullen moeten buigen over de toekomst. Een toekomst waarin géén plaats meer mag zijn voor het toedekken van de waarheid.
Het hoort er allemaal bij en ik als gelovige, bid vol vuur mee met de pastoor. Gedreven door de daadwerkelijke hoop dat dit soort zaken niet meer zal voorkomen en de wens dat alle slachtoffers, ook mijn familielid, recht gedaan zal worden.
Maar één ding weiger ik. Ik schaam mij niet. Ook niet plaatsvervangend.
Ik ben me ervan bewust dat overal waar mensen zijn, zonden worden bedreven. En mensen vindt je overal, ook op plaatsen waar je ze misschien niet verwacht. In kerken en kloosters bijvoorbeeld. Ook die geheiligde plaatsen herbergen geen halve godheden, wat wij misschien soms half en half verwachten, maar er huizen mensen, zondige stervelingen zoals wij allemaal zijn. De een wat zondiger dan de ander, sommigen een beetje minder zondig.
In plaats mij te schamen voor iets waar ik part noch deel aan heb, probeer ik mij te concentreren op die mensen die mij de weg naar de Rooms Katholieke Kerk hebben gewezen. Mensen die met hun goedheid en hun krachtige godsvertrouwen voor mij een voorbeeld zijn geweest. Zij hebben mij geinspireerd en doen dat nog steeds, om te proberen een beter mens te worden. Want dat is voor mij de essentie van het geloof. Om daar 'handjes en voetjes' aan te geven, zoals men tegenwoordig graag zegt, is niet altijd makkelijk. De steun en de inspiratie van een gemeenschap van gelovigen kan daarbij een steun zijn. Ik vind mijn kracht en inspiratie in de Katholieke Kerk. Een kerk waar ik, ondanks alles trots op ben.
Ik ben trots op Zuster Juliana, de non die mij drie maanden verzorgde toen ik als vijfjarige in het ziekenhuis terechtkwam. De liefde en warmte die zij een klein, eenzaam meisje gaf, zal ik nooit vergeten. Ik ben ook trots op de twee pastoors die in Italië goed heb leren kennen. Don Michele en Don Giuseppe, intelligente en vreedzame mannen die niet te beroerd waren om de mouwen van hun pij wat op te stropen als er in het dorp iemand hulp kon gebruiken. Trots ook op al die pastoors, die net als die in onze parochie, elke week diep door het stof gaan, voor zonden die zijn bedreven door anderen, in naam van hún Kerk. Ik ben trots op al die mensen die week in, week uit in de kerk zitten en samen bidden voor een betere wereld. Die zieken bezoeken, kleding inzamelen, voedselbanken bemannen en verschoppelingen onderdak bieden. Dát zijn de zaken die de Katholieke Kerk haar gelovigen voorschrijft. Het is oneindig triest dat er mensen zijn die het kwade doen, maar het zou verkeerd zijn als wij daardoor het goede niet meer zien.
Ik ben trots op wat de Katholieke Kerk aan moois bewerkstelligt, over de hele wereld. Ik ben trots op het feit dat er zoveel mensen, uit alle windstreken en van alle rassen, samen één geloof belijden. Ik ben er zelfs trots op dat er fouten worden gemaakt. Want van fouten kan men leren en de Kerk kan daarbij al haar gelovigen goed gebruiken. Daarom loop ik niet weg en daarom schaam ik mij niet.

zaterdag 3 april 2010

Get a life...in Farmville!

Het mag dan buiten nog niet echt lente zijn, in mijn geheime wereldje is het dat allang. Wat heet, daar bloeien bananenbomen broederlijk naast een bedje rode tulpen, leidt een pinguin een stoet eendjes naar een met narcissen omzoomd vijvertje en tracht een witte pauw een vogelverschrikker te verleiden. In het kippenhok wonen kippen die zwarte en gouden eieren leggen, in de paardenstal overnacht zo af en toe een wilde hengst en gele, zachtgroene en zwarte schaapjes blaten liefdevol naar zuurstokroze biggetjes. En tussen al die gezapige gezelligheid verbouwt een nijver boerinnetje akkers vol koffiebonen en katoen naast veldjes cranberries, rijst en watermeloenen.
Heeft Emilie te veel naar Jeroen Bosch gekeken? Krijgt Emilie misschien iets te veel medicijnen door elkaar? Drinkt ze veel? Driewerf Nee! Emilie had de afgelopen weken maar weinig energie en bracht veel van haar tijd door met een spelletje op internet: Farmville. Van Oma look-a-like naar hardcore gamer!
Zoals het dames van mijn leeftijd betaamt heb ik rijkelijk laat kennis gemaakt met deze enorme rage waar wereldwijd inmiddels 100 miljoen mensen aan meedoen, maar inmiddels denk ik dat ik de schade ruimschoots heb ingehaald. Je speelt het spelletje via Facebook of via de Farmville-site.
Je krijgt een stukje land dat is verdeeld in akkertjes, een schoffeltje, een schepje en giftbox. Daarmee kun je het land bewerken, zaaien, oogsten en producten in- en verkopen en cadeautjes ontvangen van buren of de Farmville-directie. Met deze activiteiten spaar je geld (coins) en XP's (ervaringspunten). Hoe meer XP, hoe hoger het level en hoe hoger het level hoe meer je kunt kopen. Iedereen begint met zes piepkleine akkertjes maar met een beetje enthousiasme heb je vrij snel een grote family-farm met een huisje, stallen, heel wat beesten en de nodige decoratie bij elkaar geboerd.
Is dat leuk? Yep. Dat is heel leuk. Vooral omdat je 'buren' hebt, waar je zo af en toe iets voor kunt doen. Bemest jij de akkers van de buren is dat leuk voor hen, maar ook voor jou, want je verdient er mee. Verdien jij een lintje met het oogsten van de zoveelste krop sla, dan krijgen ook de buren een deel van de winst. Kortom een heel sociaal spelletje, waarbij ook regelmatig wat te lachen valt. Al hangt dat natuurlijk ook grotendeels van het gevoel van humor van de buren af. Bij mij zit dat wel goed, sommige van mijn Farmville buren zijn óók bloggers en sommigen zijn vrienden sinds jaren. Anderen leer je kennen via het spelletje en soort zoekt soort! Veel Farmvillers zijn vrouwen, althans die indruk kreeg ik. Middelbare vrouwen, wel te verstaan.
Maar volgens Midlife Me (zij boert onder een schuilnaam en heeft een waar lusthof gebouwd, waar van akkerbouw geen sprake meer is) zie ik dat verkeerd en heeft ze al heel wat mannen druk bezig gezien met hun virtuele akkertjes, tot in Thailand aan toe! Onder mijn buren bevindt zich trouwens ook een man. Ik weet niet of het een trend is, maar 'wij vrouwen' boeren toch anders dan mannen, denk ik. Waar mijn collega-boerinnetjes en ik ons druk maken om gezellige bloemenarrangementen, voldoende ruimte en waterbakken voor ons vee en volledig vertederd raken bij de lieve oogopslag van een pasgeboren kalfje, doet de man meer aan 'vooruit komen'. Eerst héél veel punten en geld, daarna komt de gezelligheid wel.
Althans dat hopen we dan! De man koopt graansilo's en tractors....de vrouw koopt provencaalse bloembakken en kruiwagentjes met lenteboeketten en als het helemaal moet, een zachtroze trekkertje.
Het is allemaal net echt. Zo net echt, dat je moet oppassen niet er niet te veel in op te gaan. Ik dacht dat me iets zeer curieus gebeurde toen ik vorige week langs een akker reed en er automatisch opbrengst en groeipercentages bij bedacht, maar het komt vaker voor. Zo vertelde een buurvrouw me in vertrouwen dat ze vanuit de trein met een muisklik bomen wilde oogsten, iemand anders dacht bij de net opgekomen narcissen in zijn tuin direct aan de opbrengst en anderen dromen gewoon van hun boerderijtje.
Nachtmerries worden het gelukkig nooit, want in Farmville gebeuren géén nare dingen. Je kunt hooguit je oogst te lang op het land laten staan en dat betekent een financiele strop, maar verder ben je volmaakt veilig. Het is altijd mooi weer, er komen géén aaltjes in de rozen, processierupsen in de bomen, penicillineresistente bacteriën in de kippen of Q-koorts in je geitenstal. Van hagelbuien, droogte, aanhoudende vorst of vulkaanuitbarstingen hebben Farmville bewoners nog nooit gehoord. Hoewel?
Enkele weken lang is er in de 'Farmville market' een gewas te koop geweest, waarvan de opbrengsten (in echt geld!) volledig ten goede kwamen aan de de slachtoffers van de aardbeving in Haïti. Zo raakt de virtuele wereld de echte wereld weer een beetje en blijf je je er ondanks alles van bewust dat het maar een spelletje is. Ook meedoen? Maak een facebook-account aan, voeg Emilie toe als vriend en ik zorg ervoor dat we snel goede buren zijn. Maar nu is het hoog tijd om mijn worteltjes te oogsten en de kippen van de buurvrouw te voeren!